Wat ze eind 19de eeuw voor elkaar kregen met investeringen in de zorg, kunnen we nu ook

Bron: De Volkskrant Opinie, 30 juli 2023 (een ingezonden bijdrage, die niet noodzakelijkerwijs het standpunt van de Volkskrant reflecteert.) 


Wat ze eind 19de eeuw voor elkaar kregen met investeringen in de zorg, kunnen we nu ook

Vanwege het vallen van het kabinet dreigen investeringen en keuzen in de gezondheidszorg op de lange baan te worden geschoven. Onverstandig, want er is juist veel sturing nodig, en het kan ook, we hebben voor hetere vuren gestaan.

De onzekerheid over hoe het verdergaat met het zorgbeleid na de val van het kabinet zou zomaar een demissionair jaar lang kunnen duren. We moeten echter voorkomen dat belangrijke knelpunten blijven liggen, of verergeren. Denk aan de, tijdens de coronajaren pijnlijk gebleken, capaciteitstekorten. Aan de voortslepende problemen in de ouderenzorg en het signaal van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) dat de toegankelijkheid van de zorg in gevaar is.

Dit is een ingezonden bijdrage door André Knottnerus, arts-epidemioloog, oud-voorzitter van de Gezondheidsraad en de WRR.

De overheid had de opgelopen tekorten kunnen zien aankomen. Al in 2006, het jaar dat zij met een nieuw zorgstelsel ‘de ongebreidelde kostengroei’ te lijf ging, waarschuwde de SER voor structurele personele knelpunten in de zorg. De huidige problemen zijn dus geen onvoorzien natuurverschijnsel en ze zijn evenmin onomkeerbaar. De overheid moet zich dan wel maximaal inzetten, want het treffen van ‘maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid’ behoort tot haar grondwettelijke taken – demissionair of niet. Dat laatste is extra relevant, nu het ernaar uitziet dat er in de periode tussen begin 2021 en voorjaar 2024 meer demissionair dan missionair geregeerd zal zijn.

Een overheid die zich maximaal wil inzetten voor goede zorg, doet er goed aan om nog een stuk verder dan 2006 terug te blikken. Neem de tweede helft van de 19de eeuw, toen de startpositie drie maal slechter was dan nu: een lage levensverwachting, nauwelijks voorzieningen of middelen en zorg- en verzekeringsstelsels die vanaf de grond af moesten worden opgebouwd. Niettemin werd er op alle fronten enorme vooruitgang geboekt, dankzij decennialange inspanningen die politiek en maatschappelijk steeds breder werden gedragen. Daarbij zijn lessen opgedaan die ook nu goed bruikbaar zijn.

Investeer

Les één is dat schaarste in de zorg niet kan worden opgelost door zorg te zien als een goed dat nu eenmaal schaars is. Alleen door gerichte maatschappelijke investeringen in zorg, publieke gezondheid, solidariteit en menskracht, konden vitale voorzieningen, met benutting van de toen beschikbare maatschappelijke en wetenschappelijke middelen, tot stand komen en breed toegankelijk worden. Essentieel was ook dat men preventie en zorg niet als last, maar primair als kans-sectoren ging zien.

De bouwers van toen hadden daarbij brede maatschappelijke meerwaarde voor ogen. Meer volksgezondheid en zorg betekenden immers, naast meer welzijn, ook een krachtigere samenleving en een sterkere economie. Dat leverde een positieve balans op waarbij de maatschappelijke baten van de zorg de kosten ervan overtroffen. En, dit wordt weinig beseft, dat is nog steeds zo, stelde het RIVM kortgeleden vast. Die balans kan nog gunstiger worden, door doelmatiger te werken.

Zo kan kritischer worden bekeken welke behandelingen en zorgtechnologieën werkelijk toegevoegde waarde hebben. En wat bespaard kan worden op bureaucratie en onnodig hoge honorering van bestuurders en sommige specialismen. Er kan worden gekeken naar wat kan worden afgedongen op apparatuur- en medicijnprijzen door Europese samenwerking. Daarbij mag vastberaden publieke sturing worden verwacht van een overheid die alle zorgkosten in de rijksbegroting verantwoordt, ook al betalen burgers het overgrote deel nu aan geprivatiseerde verzekeraars.

Maar maak die brede maatschappelijke meerwaarde, die ook terug te zien is in sectoren als sociale zaken (minder ziekteverzuim en meer participatie) en de economie (meer mensen aan het werk), dan wel beter zichtbaar voor politiek en samenleving.

Geef richting

Een volgende les is dat langetermijndoelen richtinggevend moeten zijn voor het kortetermijnbeleid. Zo werd destijds duidelijk dat de instandhouding van kinderarbeid onverenigbaar was met de bevordering van de volksgezondheid.

Minder indringende, maar niet minder duidelijke voorbeelden van de strijdigheid van lange- en kortermijndoelen anno nu zijn er genoeg. De intensieve samenwerking in de zorg wordt belemmerd door sturing op competitie. Passende zorg wordt ondermijnd door het vasthouden aan betaling per verrichting. En de versterking van verpleging en verzorging, lukt niet als de arbeidsvoorwaarden niet concurrerend zijn. Dat laatste past ook niet bij een toekomst waarin we, te midden van voortschrijdende robotisering, zuinig moeten zijn op een maatschappelijke relevante, mens-intensieve arbeidsmarktsector. Mensen moeten aan mensen zorg blijven bieden. Die essentie van de zorg kan en moet ook niet gerobotiseerd worden.

Solidariteit

Als algemene les moet gelden dat stevige sturing vanuit het brede publieke belang – zoals destijds door visionairen uit alle grote politieke stromingen gedragen – ook nu nodig is. Anders kunnen we de bevochten solidariteit niet overeind houden. Denk aan alle extra problemen die mensen met chronische ziekten hebben, vanwege de stapeling van eigen bijdragen voor verschillende regelingen. Dit is een van de punten waarop de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving stelselaanpassing bepleit. Denk ook aan de verbindingen tussen de doorgeschoten marktwerking en eigenbelang die we te vaak zien. Ook correctie daarvan is nodig voor houdbare solidariteit.

Kortom, laat onze overheid en politiek deze lessen voluit ter harte nemen. Het zien van preventie en zorg als een maatschappelijke investering, het verbinden van lange- en kortetermijndoelen, en het sturen vanuit het brede publiek belang. Wat destijds mogelijk was, kan met de veel betere startpositie van nu zeker.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *